Recensie Menokilo’s Leen Steyaert

Eerlijk gezegd waren mijn verwachtingen vrij hoog omdat Leen als experte in de menopauze naar voor geschoven werd tijdens mijn opleiding tot gezondheidsconsulent, ondertussen meer dan een decennia geleden.

Ik was dus wat teleurgesteld wanneer ik onnauwkeurigheden/tegenstrijdigheden terugvond zoals:

  • Het aanraden van min. 85% cacao chocolade in het begin van haar verhaal, wat naar het einde toe 70% en 75% werd.
  • Het afraden van dierlijke zuivel waaronder boter om een bladzijde verder ghee (= geklaarde boter) en grasboter aan te raden.

Ik sta achter Leens visie om nieuwe gewoonten stap voor stap te integreren, de tijd te nemen en het besef dat zelfs de kleinste verandering een groot verschil kan maken en vind het dan vreemd dat haar eigen commerciële programma Lipolip etc. een strikt voedingsschema is, in combinatie met eigen gecommercialiseerde ampullen/supplementen.

Wanneer Leen aanraad om realistisch te kijken naar de “menopauze kilo’s” is dat zeker een meerwaarde. Een paar extra kilo’s op een positieve manier integreren in je leven is een positieve benadering in die levensfase, daarbij de mentale gezondheid centraal zetten.

Wanneer de werking van bio-impedantie (weegschaal) uitgelegd wordt, had enige notie van elektriciteit (of een goede raadgever) handig geweest of eventueel die theorie weglaten? Geleiding is immers elektriciteit: water, vet… vormen een verschillende weerstand t.o.v. elektrische stroom (niet t.o.v. water), waarop de weegschaal zich baseert om de berekeningen te doen.

De voedingsraadgevingen blijven te algemeen, theoretisch, niet direct praktisch bruikbaar.

Ik wil zeker geen afbreuk doen aan Leens expertise/kennis op vlak van de menopauze, maar ben teleurgesteld in dit boek. Misschien is haar oudere basisboek “stralend door de menopauze” interessanter?!

Voor praktischer voedingsadvies lijken mij de kookboeken van Pascale Naessens of Sandra Bekkari of de wesites puurgezond.nl of zekergezond.be een betere keuze…

Het lijkt alsof we corona nodig hadden om te beseffen dat obesitas een probleem kan zijn

artikel in De Tijd, lees meer… 

Spijtig, de titel is stigmatiserend, op gewicht/obesitas gefocust, wat enorm demotiverend is voor obese mensen met een gezonde leefstijl, die er echt wel veel gezonder aan toe zijn dan hun ‘lotgenoten’ die ongezond leven. De titel doet Van Rossum onrecht aan, haar focus ligt meer op leefstijl (ik heb al enkele lezingen gevolgd).

Laat ons focussen op ‘gezond leven’, los van gewicht, zowel voor obese, als voor slanke mensen! En ‘gezonde levensstijl’ is gelukkig wel waar de focus op ligt in de 2de helft van het artikel.

Hieronder, het artikel, voor degenen die de link niet kunnen openen

 

©Filip Ysenbaert

België maakt zich op voor het vaccineren van 1,2 tot 1,5 miljoen risicopatiënten. Ook mensen met obesitas horen daarbij, en met reden. Dat het coronavirus hen extra hard raakt, drukt ons met de neus op de feiten van de groeiende gezondheidscrisis die zwaarlijvigheid is. ‘Het blijft verwonderlijk hoe weinig au sérieux dat genomen wordt.’

De moeizame vaccinatiecampagne is bijna toe aan een volgende fase. Wie jonger is dan 65 maar door een aandoening extra risico op een zware covidinfectie loopt, mag later deze maand een uitnodiging voor een prik in de bus verwachten. Naast onder meer hart-, kanker- en diabetespatiënten komen ook mensen tussen 45 en 64 met een body mass index (BMI, je gewicht gedeeld door het kwadraat van je lengte) van 30 of meer in aanmerking. Een BMI van meer dan 30 wordt gedefinieerd als obesitas.

 

Als je vaccineert om de ziekenhuizen te ontlasten, dan houdt het perfect steek om na de ouderen ook mensen met obesitas zo snel mogelijk in te enten.

BART VAN DER SCHUEREN
ENDOCRINOLOOG EN OBESITASEXPERT AAN HET UZ LEUVEN.

Voor elke prioritaire vaccinatie zijn er argumenten pro en contra. Niet alle landen geven mensen met obesitas voorrang. Maar overgewicht is een van de grootste risicofactoren om op intensieve zorg te belanden na een coronabesmetting. ‘Dus als je vaccineert om de ziekenhuizen te ontlasten, wat toch de strategie is van de race, dan houdt het perfect steek om na de ouderen ook mensen met obesitas zo snel mogelijk in te enten’, zegt Bart Van der Schueren, endocrinoloog en obesitasexpert aan het UZ Leuven.

De lijn van overgewicht naar Covid-19 is al langer duidelijk en blijkt zowel uit een doorsnede van de patiënten op de afdelingen intensieve zorg als uit internationale studies. Een Amerikaans onderzoek bij meer dan 17.000 covidpatiënten toonde aan dat 77 procent van hen met overgewicht (een BMI van 25 of meer) of obesitas kampte. Uit een studie in het Franse Rijsel bleek dat patiënten met een BMI van meer dan 35
zeven keer meer risico liepen op intensieve beademing. Opmerkelijk: de link is veel sterker bij mannen dan bij vrouwen. ‘En we weten niet waarom’, zegt Van der Schueren.

De essentie

Wat is het verband tussen corona en obesitas? Wie tussen 45 en 64 is en aan obesitas (een BMI van 30 of meer) lijdt, krijgt voorrang in de vaccinstrategie. Zwaarlijvigheid is na leeftijd de belangrijkste voorspeller van een zwaar geval van corona.

Hoe groot is het probleem obesitas? Tussen 1998 en 2018 is het aantal zwaarlijvigen in België gegroeid van 10,8 procent naar 15,9 procent. De helft van de Belgen heeft overgewicht (een BMI van 25 of meer).

Is er een remedie? Experts vrezen dat de pandemie een turbo zet op onze ongezonde levensstijl. Ze wijzen op het belang van preventie om het tij te keren.

 

Begin maart becijferde de World Obesity Federation (WOF) dat wereldwijd negen op de tien coronadoden te betreuren vallen in landen met veel obesitas. De sterftegraad ligt meer dan tien keer hoger in landen waar de helft van de bevolking of meer overgewicht heeft. Daar is België bij, en het is een extra verklaring waarom corona in ons land zo lelijk huishoudt. De WOF besluit samen met de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) dat zwaarlijvigheid na leeftijd de belangrijkste voorspeller is voor een zwaar en mogelijk fataal geval van corona.

Hyperactief

 

Obesitas is een chronische inflammatoire aandoening. Als een virus of bacterie langskomt, kan die makkelijker om zich heen grijpen omdat je immuunsysteem niet meer zo goed kan optreden.

LIESBETH VAN ROSSUM
INTERNIST-ENDOCRINOLOOG

Dat komt omdat overtollig vet op plaatsen waar het niet thuishoort een constante staat van ontsteking creëert. ‘Obesitas is een chronische inflammatoire aandoening’, zegt Van der Schueren. Dat maakt je immuunsysteem hyperactief. ‘Het staat overdreven hard aan. Als dan een virus of bacterie langskomt, kan die makkelijker om zich heen grijpen omdat je systeem niet meer zo goed kan optreden’, zegt Liesbeth van Rossum, internist-endocrinoloog en hoogleraar obesitas aan het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam en coauteur van het boek ‘Vet belangrijk’ over feiten en fabels over vet.

Bovendien verhoogt een teveel aan vet de kans op een trombose, zet het druk op de vrije beweging van de longen en hebben vetcellen receptoren waarop virussen kunnen aanhaken, net als op cellen in de luchtwegen. ‘Vet kan een virusreservoir zijn. Dat is zo bij andere virussen, maar we weten nog niet of dat bij corona het geval is’, zegt van Rossum.

 

Als ons hart of onze lever ziek is, dan vinden we dat erg. Maar als ons vet ziek is, dan beseffen we dat pas bij een hartinfarct.

LIESBETH VAN ROSSUM
INTERNIST-ENDOCRINOLOOG EN HOOGLERAAR OBESITAS ERASMUS MEDISCH CENTRUM ROTTERDAM

Alles samen maakt zwaarlijvigheid het lichaam extra kwetsbaar voor covid en voor veel andere ernstige ziektes. ‘Vet is echt een orgaan. Het heeft een actieve rol en communiceert met de hersenen’, zegt van Rossum. In vet worden honderden hormonen aangemaakt, waaronder ook ontstekingsremmende en ontstekingsbevorderende. Maar bij te veel vet is dat uit balans, wat tot te veel ontstekingsstofjes leidt. Dat wordt in verband gebracht met onder andere diabetes,
13 vormen van kanker en depressie. ‘Terecht dus dat de WGO obesitas erkent als ziekte.’

Toch wordt er nog altijd lacherig over gedaan, zegt Van der Schueren, die ook voorzitter is van de Belgian Association for the Study of Obesity. ‘Het is precies alsof we corona nodig hadden om in te zien dat mensen met overgewicht meer medische verzorging nodig hebben. Terwijl we dat elk griepseizoen zien. Mensen met overgewicht verliezen levensjaren, bij een BMI boven 40 is dat tien jaar minder. Obesitas belast de gezondheidszorg heel hard. Het blijft verwonderlijk hoe weinig au sérieux dat genomen wordt.’

Mogelijk is dat omdat obesitas uitermate complex is. De belangrijkste reden is een ongezonde levensstijl, maar er zijn er ook andere oorzaken of combinaties van oorzaken. En aan levensstijl wordt al snel schuld gekoppeld, met fatshaming tot gevolg, terwijl stigmatiseren of culpabiliseren nefast is. Van der Schueren: ‘De houding is vaak, ook onder collega’s: ‘Die mensen moeten maar wat minder eten.’ Maar het is geen keuze, mensen zijn er niet gelukkig mee.’

Het probleem wordt alleen maar groter. In 1998 had 41,3 procent van de Belgen een BMI van 25 of meer. 20 jaar later was dat 49,3 procent – de helft dus. Het aantal zwaarlijvige mensen met een BMI van 30 of meer klom van 10,8 procent naar 15,9 procent. Alarmerend: bij kinderen tussen 2 en 4 is een op de tien obees. ‘En we weten dat als je als kind obees bent je 84 procent kans hebt om dat als volwassene nog altijd te zijn’, zegt Van der Schueren.

 

De vrijgekomen tijd heeft sommigen gemotiveerd meer te sporten, anderen bewegen door thuiswerk en stress net minder en grijpen sneller naar onmiddellijk voldoening schenkende snacks.

Er zijn aanwijzingen dat de pandemie die al meer dan een jaar aansleept de situatie er niet op verbeterd heeft, integendeel. De vrijgekomen tijd heeft sommigen gemotiveerd meer te sporten, anderen bewegen door thuiswerk en stress net minder en grijpen sneller naar onmiddellijk voldoening schenkende snacks. In Nederland sprak premier Mark Rutte onlangs over ‘miljoenen extra kilo’s’ die er gezamenlijk zijn bijgekomen.

In de VS rapporteerde de American Psychological Association dat de helft van de millennials ongewenst aangekomen was, met een verbijsterend gemiddelde van
18 kilo. Bij ons komt uit de gezondheidsenquêtes van Sciensano dat corona voor een op de drie volwassenen leidde tot een ‘negatieve impact op het lichaamsgewicht’. Intego, een netwerk van de KU Leuven dat data registreert van meer dan 400 huisartsen in Vlaanderen, zag dat sinds de start van de pandemie 35 procent meer mensen de diagnose van obesitas kregen dan in de jaren voordien.

Behoud van energie

 

Studies spreken van 3 procent gewichtstoename in Europa. Maar de pandemie is nog bezig, ik vrees dat dat nog minstens verdubbelt.

CAROLINE BRAET
PSYCHOLOGE GESPECIALISEERD IN OBESITAS

‘Studies spreken van 3 procent gewichtstoename in Europa. Maar de pandemie is nog bezig, ik vrees dat dat nog minstens verdubbelt’, zegt Caroline Braet, als psychologe aan de UGent gespecialiseerd in obesitas. ‘Het is een eenvoudig mechanisme: de wet van behoud van energie. Overgewicht is vaak het gevolg van een verstoorde balans tussen inname en verbruik van energie. De kant van de inname is door ongezonde voeding en een overdaad aan calorieën de jongste decennia verslechterd. Onze veranderende levensstijl en verminderde lichaamsbeweging deden het verbruik geen goed. Corona zet dus een turbo op een trend die al langer bezig was.’

‘Wat je ziet is dat de chronische pandemie van overgewicht clasht met een acute virale pandemie’, zegt van Rossum. ‘En het is dweilen met de kraan open.’

In het Verenigd Koninkrijk sloeg Boris Johnson vorige zomer alarm. Toen de Britse premier zelf hersteld was van acute covid die hem aan de intensieve beademing had doen belanden, stak hij de schuld deels op zijn overgewicht en trok hij prompt 10 miljoen pond (11,7 miljoen euro) uit voor meer bewustmaking. Op een totaal gezondheidszorgbudget van bijna 250 miljard pond is dat een kruimel, en de effectiviteit ervan wordt in vraag gesteld, maar het signaal was er wel.

Ook hier mag de pandemie een wake-upcall zijn, vinden experts. ‘Hoe erg is het als een premier van een land eerst zelf moet beseffen dat vet niet zomaar een extra laagje isolatie is?’, zegt van Rossum. ‘Als ons hart of onze lever ziek is, dan vinden we dat erg. Maar als ons vet ziek is, dan beseffen we dat pas als we een hartinfarct krijgen. Daar moeten we verandering in brengen. Want er is veel kennisachterstand, ook bij het beleid en zelfs in artsenopleidingen.’

 

Heeft de helft van de mensen een gebrek aan wilskracht? Er moet meer aan de hand zijn.

BART VAN DER SCHUEREN
ENDOCRINOLOOG EN OBESITASEXPERT AAN HET UZ LEUVEN.

‘Het moet beginnen bij een beter begrip’, zegt Van der Schueren. ‘Te lang is gedaan alsof het om een gebrek aan wilskracht bij mensen gaat. Heeft de helft van de mensen dan een gebrek aan wilskracht? Er moet dus meer aan de hand zijn. Daar is een breed maatschappelijk debat over nodig. Je moet haast je samenleving anders inrichten. Het gebeurt ook nog altijd bijzonder weinig dat huisartsen iemands
gewicht ter sprake brengen als iets dat problematisch is. Dat is ook de schuld van de medische wereld. Wij denken vaak dat we iets oplossen met een machine of een pil. Maar het vergt een andere manier van denken om ook de levensstijl aan te passen.’

Betutteling

Ook macro-economisch is het een no-brainer om van obesitasbestrijding een prioriteit te maken. Dat bepleiten gezondheidseconomen al jaren. De OESO, de club van 36 geïndustrialiseerde landen (waarvan in 34 de helft of meer van de mensen te zwaar is), berekende in 2019, net voor de pandemie, dat de zorg voor ziekten die aan obesitas worden toegeschreven 425 miljard euro per jaar kost. De sleutel ligt bij preventie. ‘Zeg maar: preventie met een hoofdletter P’, zegt van Rossum. ‘En met harde maatregelen om de voedselomgeving gezonder te maken. Bijvoorbeeld met prijsprikkels en belastingen op ongezonde producten. Mensen vinden dat al snel betutteling: ‘We moeten toch de kans krijgen om iets lekkers te kopen?’ Wel, de realiteit is: we worden massaal betutteld, maar dan in de ongezonde richting.’

‘Voorkomen is het enige dat we echt kunnen doen’, zegt ook Braet. ‘Want afvallen is heel moeilijk. Wij raden altijd aan: wie overgewicht heeft, probeer het vooral onder controle te houden, want dat levert gezondheidswinst op. In plaats van gedwongen te focussen op afvallen, want dan krijg je een conflictueuze relatie met voeding. Helaas zijn de investeringen in obesitaspreventie bij ons minimaal. Veel meer dan het kenniscentrum Eetexpert, dat met enkele mensen weliswaar heel goed werk levert, is er niet. Dat moet opboksen tegen de industrie, waardoor de boodschap helaas niet aankomt.’

 

Obesitas wordt pas echt aangepakt als er al veel gezondheidsleed is geleden.

 

Een groot probleem is dat onze gezondheidszorg vooral curatief is, gericht op behandelen en niet op voorkomen. Obesitas wordt pas echt aangepakt als er al veel gezondheidsleed is geleden. In het geval van morbide obesitas gaat het om ingrijpende bariatrische chirurgie: een operatie die de maag verkleint. Die wordt vanaf een BMI van 40 (of 35 plus bijkomende aandoening) terugbetaald. Dat kan mooie resultaten opleveren, maar er is geen garantie op succes. Net als bij een dieet durft het gewicht van mensen weer naar het oude niveau te jojoën bij gebrek aan verdere begeleiding rond voeding en beweging, want dat zit niet in het pakket. ‘En ze zijn een enorme kost voor de gezondheidszorg. Met één operatie kan je tien kinderen helpen’, zegt Braet.

Van der Schueren stelt het scherp: ‘Iemand die levenslang zijn best doet om niet te zwaar te worden, heeft nergens recht op, want die heeft zich zogezegd niet laten gaan. Maar iemand die zich daar allemaal niets van aangetrokken heeft, krijgt wel een operatie terugbetaald. Dat is niet juist. Als sommige patiënten horen dat een operatie niet wordt terugbetaald in hun geval, is hun reactie: ‘Dan eet ik wel bij tot ik er ben.’ Er is een onlogica.’

Terwijl het volgens specialisten cruciaal is om te maken dat begeleiding via diëtisten en psychologen veel breder toegankelijk is. ‘Elke dag hoor ik van iemand die zich smijt op de meest extreme diëten: keto, paleo, intermittent fasting, enzovoort. In plaats van naar iemand te stappen die professionele hulp biedt’, zegt Braet.

Vermageringsmedicijn

Het goede nieuws is dat de medische kennis over de manier waarop ons lichaam gewicht regelt flink vooruitgang maakt, klinkt het. En veel hoop is gevestigd op nieuwe medicijnen in de vorm van verzadigingshormonen. Zo wordt veel verwacht van semaglutide, dat een gewichtsverlies tot 20 procent kan opleveren. ‘Voor mensen die het niet zien zitten om naar een arts te stappen omdat ze vrezen toch weer te moeten horen dat ze minder moeten eten: er zijn dus medicamenten’, zegt Van Der Schueren.

Maar opnieuw: meer begeleiding is nodig om echt de levensstijl aan te passen. Van Rossum: ‘Het kan niet te bedoeling zijn dat je drie liter cola drinkt en dan een pilletje slikt of een spuitje zet. De medicijnen zijn bedoeld als aanvulling op een gezonde levensstijl, als die alleen niet helpt.’

‘Ik denk dat regeringen in het Westen wat gegeneerd zijn, nu door corona uitkomt dat we obesitas niet gewoon kunnen laten bestaan’, zegt Van der Schueren. ‘Je kan geen bevolking hebben die veel te zwaar is, net zoals je geen bevolking kan hebben die massaal aan de sigaretten zit. Dat is nu wel duidelijk geworden. Als er nu bewustwording komt, is het al veel. Dat zou een goede les uit de pandemie zijn.’

Personen met overgewicht kwetsbaarder voor het coronavirus

Mensen met overgewicht zijn gevoeliger voor het coronavirus, waarschijnlijk geldt dat voor alle virussen. Tegelijk doen slechte eetgewoonten en minder lichaamsbeweging (in quarantaine) het risico op overgewicht toenemen.

Senioren vormen een risicogroep, maar ook zwaarlijvigheid lijkt een bepalend factor: 3 op 4 ernstig zieke coronapatiënten zouden met overgewicht kampen.
Dit blijkt uit een verslag van het Intensive Care National Audit and Research Centre (ICNARC), dit Londense centrum baseerde zich daarvoor op de opnames op intensieve zorg. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) bevestigde dat niet-overdraagbare aandoeningen, zoals obesitas, het risico op een ernstige vorm van Covid-19 vergroten.

De coronacrisis werkt overgewicht in de hand

Het coronavirus is niet alleen gevaarlijker voor mensen met overgewicht, de pandemie werkt gewichtstoename extra in de hand. Daarom trekt de World Obesity Federation (WOF) aan de alarmbel. De federatie roept overheden op om maatregelen te treffen opdat iedereen ook in deze moeilijke tijden toegang heeft tot kwaliteitsvolle voedingsmiddelen.

Overheidsmaatregelen maken de strijd tegen obesitas moeilijker. De federatie wijst bijvoorbeeld op de moeizame bevoorrading met verse voedingswaren, de toenemende populariteit van bewerkte voedingsmiddelen die langer houdbaar zijn of het feit dat de consumptie van fruit en groenten afneemt ten voordelen van bewerkte vleeswaren.

Bovendien kan eten in quarantaine een soort toevlucht zijn, een bezigheid. En in combinatie met weinig lichaamsbeweging kan dat al snel tot een toename van het lichaamsgewicht leiden.

Kwaliteitsvolle voeding, een recht voor iedereen!

De WOF stelt de overheden een reeks maatregelen voor om de hele bevolking zo gezond mogelijk te houden tijdens deze pandemie. “Iedereen moet toegang hebben tot voedingsmiddelen met een goede voedingswaarde, vooral kwetsbare bevolkingsgroepen. Denk maar aan personen met gezondheidsproblemen, senioren, mensen met een beperking en gezinnen met een laag inkomen.” De federatie vraagt ook om maatregelen in te voeren die de verspreiding van het virus tegengaan, maar die de mensen alsnog toelaten om aan lichaamsbeweging te doen in de openbare ruimte, zij het met respect voor social distancing.

De WOF waarschuwt bovendien voor de psychologische impact van de quarantaine, beperkte lichaamsbeweging en gewijzigde werkomstandigheden. Tot slot roepen de federatie regeringen op om te erkennen dat personen met obesitas en andere niet-overdraagbare aandoeningen een groter risico lopen op ernstigere vormen van Covid-19.

Bronnen:
Foodinaction.com
ICNARC COVID-19 report 2020-03-27
World Obesity Dederation, Obesity ans COVID-19: Policy statement
GezondheidenWetenschap.be

In volgende bijlagen: tips naar een gezonde, evenwichtige voeding toe én extra weetjes om de immuniteit en weerstand te versterken om zo de gezondheid te ondersteunen:
–> Immuniteit versterken, artikel uit BioGezond Immuniteit en weerstand versterken
–> Versterk je afweer, op www.oersterk.nu, geschreven door Drs. Richard de Leth Versterk je metabole gezondheid

Zin en onzin over voeding(swetenschap)

Geïnterviewd door HLN…
‘Wat gaan we morgen weer niet mogen eten’ over zin en onzin van voeding(swetenschap):

“Waarom draaien voedingswetenschappers toch zo vaak hun kazak?”

NA JAREN PROBIOTICA SLIKKEN, KOMEN ZE OPEENS ZEGGEN DAT ZULKS WEINIG ZIN HEEFT

Nadine van der Linden 
20 september 2018 
05u00

Vorige week was het opnieuw van dat: zitten wij als goedmenende mensen al jaren probiotica te slikken, komen voedingswetenschappers opeens zeggen dat zulks weinig zin heeft. Waarom draaien zij toch zo vaak hun kazak? Net zo goed bejubelt de ene wetenschapper kokosolie, en zet de ander het weg als vergif. Vanwaar die onenigheid? Hoe moeten wij als consument daar nog aan uit kunnen? “Het goede nieuws is: veel van die omstreden voedingsmiddelen zijn niet zo ongezond als ze worden voorgesteld.”

Curieus is het, als je daar allemaal even over nadenkt. Hoe pakweg het ontbijt dat ons drie decennia geleden nog werd aanbevolen, vandaag in ongenade is gevallen. Toen was het: een glas melk, een kom ontbijtgranen en als kroon op het werk een zonnig glaasje fruitsap. Goed bezig. Vandaag? Te veel suikers! Vandaag moet het vers fruit zijn op een bedje van havermout. En wordt het binnen 10 jaar alweer iets anders? Een mens zou argwanend worden. Daarom gingen we aankloppen bij Katia Van der Auwera, die van veel markten thuis is: natuurdiëtiste in Mol, maar ook een ingenieur voeding die 15 jaar in de voedingsindustrie werkte.

 

WAAROM IS ER ZOVEEL ONENIGHEID OVER VOEDING?

Van der Auwera zet meteen de puntjes op de i: “Je hoort weleens verzuchten ‘een mens mag niks meer eten’, alsof er over alles ruzie is, maar dat is niet zo. De onenigheid spitst zich vooral toe op bewerkte voedingsmiddelen, veel minder op onbewerkte. Er is geen discussie of een appel gezond is, of een kokosnoot. Er is wel discussie of daarom ook kokosolie gezond is, of appelsap. Wat gebeurt er immers, bij bewerkte voeding? Je haalt die appel of die kokosnoot uit zijn natuurlijke context, die op zich doorgaans perfect is: een appel is een mooi totaalpakket van voedingsstoffen, vezels… Met het sap haal je vooral de suikers eruit, je zorgt dus voor een onevenwicht. Een ander probleem kan zijn dat je voeding op een onnatuurlijke manier begint te combineren. Daarom zetten sommige wetenschappers kanttekeningen bij een smoothie met 10 soorten fruit. Dat lijkt gezond, maar de vraag is of ons lichaam wel gemaakt is om in enkele seconden zowel appelsien, druif, mango, banaan… naar binnen te krijgen. Ten slotte heb je nog de voeding die zo hard geraffineerd of veranderd is, dat ze amper nog lijkt op het basisingrediënt. Kippenwit heeft amper nog met kip te maken, salami staat al ver van rood vlees af. Dát is de voeding die omstreden is, maar er is ook heel veel onbesproken: noten, peulvruchten, paddenstoelen, groenten…”

 

WAAROM DIE WISSELENDE MODES?

Tegenwoordig serveren ze overal avocado. Een tijd geleden moesten we ons volproppen met gojibessen en quinoa. Hoezo moeten we onze keukenkasten voortdurend vullen met andere wonderproducten?

Van der Auwera: “Net zoals kleding kent ook voeding ‘modes’. Chef-koks willen verrassen en zoeken nieuwe ingrediënten, de klant volgt. Vaak gaat het daarbij om exotische producten, want die zijn makkelijk als ‘exclusief’ en ‘goed’ aan te prijzen. Je krijgt mensen minder snel enthousiast over een simpele selder. En dat is jammer, want die gewone voeding is veel goedkoper, en bevat evenveel goeds als fruit of granen die van ver komen.”

 

WAAROM IS ONS VOEDINGSPATROON ZO HARD VERANDERD?

Vroeger leefden de mensen toch ook? Toen ze brood aten en nog wat pudding als dessert? Waarom worden we vandaag dan in een andere richting geduwd?

Van der Auwera: “We hebben decennia gekend, bijvoorbeeld de jaren 60 en 70, die in het Westen helemaal in het teken stonden van ‘de vooruitgang’. Werd voeding tot dan toe vooral geproduceerd door boeren en kleinhandelaars, nam toen de industrie heel veel over. Mensen vonden dat ook wel fijn, heel modern: plastic flessen, blikjes, mooie verpakkingen… Men dacht toen ook echt dat de voedingsindustrie het beter wist, daar was ontzag voor: als zij zeiden dat er in ontbijtgranen veel vitamines zaten, dachten mensen dat het gezond was. En we geloofden in de mooie reclame rond limonade en blikvoedsel. Maar al snel toonde dat nieuwe eetpatroon zijn gevolgen: overgewicht, tandbederf, hart- en vaatziekten… Daarom zie je nu die terugkeer naar meer natuurlijke voeding. Minder uit de fabriek, meer van de boer.”

 

WAT MET VEGANISME?

De meest ingrijpende verandering in ons oude eetpatroon – gekarakteriseerd door vlees, sauzen en een warme chocomelk voor het slapengaan – moet wel het veganisme zijn.

Van der Auwera: “Mits de nodige inspanning, kan dat een goed en gezond eetpatroon zijn. Ik denk dan aan eiwitten die komen uit kikkererwten, noten, linzen… Wel moet je kritisch blijven voor de antwoorden die de voedingsindustrie biedt op speciale diëten. Je vindt nu ‘kaas zonder kaas’, plantaardige melk, maar ook producten als glutenvrij: dat is soms erg kunstmatig verkregen, geraffineerde voeding waar we nog niet altijd het fijne van weten, wegens nog relatief nieuw. Ik pleit liever voor natuurlijk voedsel.”

 

WAAROM MAKEN WETENSCHAPPERS ZOVEEL RUZIE?

Over de juiste voedselcombinaties, over de voedingsdriehoek: er zijn al pittige discussies over uitgevochten.

Van der Auwera: “Er bestaan heel wat voedingsdeskundigen, in de brede zin van het woord: academisch geschoold, maar ook selfmade. Al die mensen willen zich natuurlijk profileren, en dat gaat het best met straffe uitspraken: ‘Kokosolie is puur vergif.’ Er komt dus zeker haantjesgedrag bij kijken, zoals die in elke sector bestaat. Ga je die studies napluizen, kan je er vaak kanttekeningen bijzetten: het gaat soms om heel kleinschalige studies, of de studie gebeurde bij een groep mensen die niet representatief is, pakweg bij diabetici. Vervolgens wordt uit de bevindingen, soms door de media, één straffe zin gehaald. ‘Druiven toch niet zo gezond.’ Maar kijk je dat na, blijkt het over de aanwezigheid van pesticiden in druiven te gaan, niet over de druif zélf. Dat zijn belangrijke nuances die weleens verloren gaan, het is allemaal niet zo zwart-wit.”

 

GAAT ONS EETPATROON IN DE TOEKOMST NÓG VERANDEREN?

We eten dus veel groenten, nu. Minder suiker, minder frisdrank, enzovoort. Zijn we er dan stilaan?

Van der Auwera: “Ons eetpatroon kan zeker nog wijzigen. De wereldbevolking groeit continu en het is de vraag of onze planeet in de toekomst alle voedingsmiddelen zal kunnen blijven voortbrengen. Maar de inzichten die nu heersen – zo natuurlijk mogelijk eten – zullen allicht niet meer veranderen. Ze zijn gewoon juíst. Al wil ik even vermelden dat mensen niet paranoïde moeten worden. Ons lichaam kan heus wel tegen een stootje. We zijn in staat om te ontgiften en te herstellen. Als je voor 80% gezond eet, ben je niet slecht bezig. We mogen niet vergeten dat eten ook een psychologische activiteit is: het plezier van te koken, samen te zijn… Het mag ook weer geen boekhouden worden.”

Voedingsingenieur en natuurdiëtiste: “Het argument ‘dat smaakt mij’ mag ook wel in de discussie”

Wij vroegen over enkele ‘omstreden’ voedingsmiddelen raad aan voedingsingenieur en natuurdiëtiste Katia Van der Auwera, alsook aan Kris Verburgh, de arts die in 2013 de klassieke voedingsdriehoek door mekaar schudde met zijn ‘Voedselzandloper’. Toen al pleitte Verburgh voor minder vlees en koolhydraten. Vorig jaar werd inderdaad afgestapt van die klassieke piramide, ten voordele van groenten en fruit.

 

PROBIOTICA

Een flesje Actimel. Een Yakultje. De trend is wat over zijn hoogtepunt, maar er waren jaren dat ‘onze weerstand’ dringend diende versterkt met probiotica. En wat horen we dan vorige week? Dat het weinig nut heeft, omdat die probioticia ons lichaam verlaten bij de volgende toiletbeurt en zich dus niet nestelen in de darmen. “Maar deze studie is te kort door de bocht”, denkt Kris Verburgh. “Het is niet omdat de probiotica slechts kort in onze darmen verblijven, dat ze daar geen goede stoffen afscheiden, die positief zijn voor de flora. Veel onderzoek wijst in die richting. Ik ben niet gealarmeerd.”

KOKOSOLIE

Bakken in een klontje kokosolie: de Vlaming leerde het vooral kennen via een nieuwe generatie auteurs als Sandra Bekkari en Pascale Naessens. Maar vorige maand was daar opeens die Duitse prof die het goedje wegzette als ‘puur vergif’. Que? “Een typisch voorbeeld van wetenschappers die zich willen profileren met boude uitspraken”, zegt Kris Verburgh. Wat is het probleem? “Kokosolie bevat veel verzadigde vetten en in de klassieke visie zijn die ongezond. Intussen weten we dat het ene verzadigde vet het andere niet is. Om even technisch te worden: je hebt er met korte ketens, die goed zijn voor de gezondheid, en met lange ketens, die minder goed zijn. Kokosolie zit daar tussenin. Ik zou het niet met eetlepels tegelijk naar binnen werken, maar met mate kan het zeker en dan vooral bij het bakken en wokken.” Van der Auwera: “Kies goede kwaliteit. Als voedingsmiddelen populair worden, krijg je vaak goedkope versies, maar bij het productieproces gaat dan veel goeds verloren. Kies bij olijfolie voor extra vierge. Kies bij boter voor lekkere hoeveboter. Ook goede kokosolie heeft zijn prijs.”

FRUITSAP

Een glaasje versgeperst: voor velen onderdeel van de ochtend, maar door wetenschappers al weggezet als ‘even ongezond als cola’. Verburgh: “Typisch voorbeeld van een overdreven schrikreactie: ‘Als er suiker in zit, is het ongezond!’ Maar in vruchtensap zitten nog vele andere stoffen die gezond zijn. Ouderen die blauwbessensap kregen, verbeterden hun cognitie en hadden lagere suikerspiegels. Bij obese personen kon blauwbessensap de insulinegevoeligheid verbeteren. Ondanks de suiker. Een andere studie vond dat granaatappelsap het dichtslibben van de bloedvaten vertraagde.” En die suikers dan? “Die zijn er. Een ontbijt waarbij je én fruitsap én een boterham met choco en dan nog een muffin eet: da’s te veel. Maar fruitsap wegzetten als cola is fout, je moet het kind niet met het badwater weggieten. Waarbij ik even wil opmerken: veel van die ‘omstreden’ voeding is niet zo ongezond als voorgesteld. Het feit dat er controverse is, toont immers dat het niet zwart-wit is. Over een vettige chocoladekoek zal géén discussie zijn: er valt dan immers weinig te verdedigen.”

VETVRIJ (EN ANDERE MODES)

We zijn er minder tuk op dan de Amerikanen, maar ook hier is het verkrijgbaar: vetvrije yoghurt of charcuterie. En zo zijn er nog andere modes overgewaaid uit Amerika: ‘frozen yoghurt’ als alternatief voor ijsroom of voeding waaraan vezels worden toegevoegd. Van der Auwera: “De ‘vetfobie’ is er gekomen toen artsen volop hartoperaties begonnen uit te voeren en zagen dat er bij een infarct vet in de aders zat. De aanval op vet was goedbedoeld, maar intussen weten we beter: we hebben goede vetten nodig. Uit vette vis maar zeker ook plantaardige bronnen: noten, zaden, pitten, avocado, olijf… Van vetvrij ben ik geen voorstander, omdat het bewerkte voeding is. Wat je begint te veranderen, raffineren, verhitten… verliest doorgaans aan waarde.”

VLEES

Ooit was vlees krácht. Nu? Van der Auwera: “Ik denk dat we op een goed punt zijn aanbeland. De meeste mensen bannen het vlees niet, maar eten het wel minder dan vroeger, en met meer aandacht voor afkomst en kwaliteit.” En ja, vlees mag. “In onze contreien is ons mechanisme al generaties lang op vlees afgestemd. Je bent letterlijk wat je eet, alsook wat je moeder en je grootouders aten: je verteringsstelsel wordt daarnaar gevormd. Waarmee ik niet wil zeggen dat vegetariërs ongelijk hebben, maar de doorsnee Vlaming kan uit matig vleesverbruik veel goede voedingsstoffen halen. Let wel: er is een groot verschil tussen blokjes salami en vers vlees. Het is een goede zaak dat charcuterie in de nieuwe voedingsdriehoek apart werd gezet.”

MELK

“Melk is goed voor elk”: jarenlang dé slogan. Nu? Je struikelt in de supermarkt over ‘gezondere’ alternatieven als rijstmelk. Kris Verburgh: “Melk is een voedselproduct dat een grote lobby achter zich heeft. In sommige landen beveelt de overheid drie glazen per dag aan. Intussen hebben sommige erg gereputeerde artsen van Harvard, ernstige bedenkingen hierbij. De mens is namelijk het enige zoogdier dat melk van een ander zoogdier drinkt: melk is bedoeld om kalveren snel te laten groeien. Maar activatie van groeischakelaars in het lichaam kan veroudering versnellen en misschien op lange termijn het risico op kanker verhogen, zoals prostaatkanker. Wellicht dat melk, net zoals rood vlees, één van de laatste heilige huisjes is die in elkaar zullen storten. Maar dat zal nog vele jaren duren.”

BROOD

“Brood, daar zit wat in.” En van korstjes kreeg je borstjes. Nu zijn er fervente tegenstanders. Kris Verburgh: “Het hangt allemaal van hoeveelheden af. Het westerse eetpatroon heeft de voorbije decennia inderdaad te veel focus gelegd op zetmeelproducten: aardappelen, rijst, brood, pasta… waren altijd de basis. Je kan beter meer groenten, peulvruchten of paddenstoelen eten. We zien bijvoorbeeld, bij mensen met diabetes type II, dat ze die diabetes kunnen omkeren door minder zetmeelproducten te eten. Ook mensen die willen afvallen, boeken vaak goede resultaten met minder zetmeel. Maar mag je nu als gezonde mens geen boterham meer eten? Tuurlijk wel. Als je geen klachten hebt, moet je ook niet eindeloos aan je voedingspatroon sleutelen. En het argument ‘dat smaakt mij’ mag ook wel in de discussie behouden blijven.”

 

 

Lees hier het artikel op de website van Het Laatste Nieuws

Voortraject diabetes

Vanaf 1 mei 2018, 4 consultaties (educatie) van 30 minuten (of 2 uur advies) volledig terugbetaald bij diabetes!

 

Vanaf mei 2018 kunnen mensen met diagnose diabetes goedkoper begeleid en opgevolgd worden naar een gezondere leefstijl, zelfs vooraleer er medicatie opgestart wordt (maar ook als extra ondersteuning bij een medicinale behandeling).

Na voorschrijving van de huisarts van nomenclatuur 102852 en mits een voorschrift

  • “2 x 30’ dieetadvies binnen het voortraject diabetes”, betaalt de patiënt slechts €5 (€2 bij verhoogde tegemoetkoming) remgeld per  consultatie van 30’ voedingsadvies*
  • Indien de patiënt voldoet aan de criteria 15-69 jaar en cardiovasculair risico (BMI>30 en/of arteriële hypertensie):
    4 x 30’ educatie binnen het voortraject diabetes, individueel, als diabeteseducator of diëtist of een combinatie van beiden” voor deze verstrekkingen is er een volledige terugbetaling, dus geen remgeld.

Als diabeteseducator, diëtist en recent ook leefstijlcoach (Syntra), heb ik een ideale achtergrond om cliënten succesvol te motiveren en ondersteunen.

Als natuurdiëtiste stuur ik mensen zachtjes in de richting van minder industrieel bewerkte voeding. Ideaal in combinatie met het aanbevelen van een grotere variatie aan smakelijke zoetere en hartige gezonde alternatieven en een gedegen productkennis en evaluatie.

 

P.S. Ook binnen het Zorgtraject diabetes geef ik dieetadvies en educaties en zijn er wijzigingen.

 

*tarieven 2018

meer info…

Lichter – William Cortvriendt

Bewerkte voeding wordt gelinkt aan de achteruitgang van de gezondheid, zo legt Dr. Cortvriendt het verband tussen industrieel verwerkte voeding en hart- en vaatziekten, overgewicht, obesitas en diabetes.

Vetopslag in het lichaam wordt veroorzaakt door:

  • Insuline (gevolg van suiker- en zetmeelrijke industrievoeding, die hoge bloedsuikerpieken veroorzaakt)
  • Cortisol (gevolg van chronische stress en/of slaaptekort)

maar ook zoetstoffen (ook de meer natuurlijke zoals stevia meldt Dr. Cortvriendt) worden negatief beoordeeld door zowel Dr. Cortvriendt, als door prof. Luc Van Gaal (UZ Antwerpen, lezing 26/10/’17 te VC De Kruierie in Balen).
Dus: vermijd of beperk ze zoveel mogelijk.

Caloriebeperking werkt niet en lokt het jojo-effect uit, dus: eet zoveel je wil van verse voeding, rijk aan gezonde vetten en arm aan koolhydraten, natuurlijke voeding die van nature past bij ons lichaam.
Voordelen: Je lijdt geen honger, het is smakelijker en daardoor gemakkelijker vol te houden voor de rest van je ‘gezondere’ leven.

Is het haalbaar om blijvend slechts 3 keer per dag te eten en hiermee voldoende verzadigd te zijn zodat je ’s avonds laat niet gaat bij-eten?
Voor velen zal een tussenstap aangewezen zijn, het toelaten van 2 à 3 suiker- en zetmeelarme tussendoortjes voor meer verzadiging en om toch het insulinepeil onder controle te houden, eventueel als overgangsmaatregel.

Raadgevingen:

  • Vermijd zoveel mogelijk (liefst volledig) suiker, frisdranken en bewerkte voeding rijk aan koolhydraten (of dewelke zoetstoffen bevat).
  • Door de evolutie in de landbouw/industrie/veevoeding consumeren we teveel omega-6 vetten (margarines, zonnebloem- en maïsolie), die aanleiding geven tot ontstekingen en het ontstaan van welvaartsziekten.
    Andere, niet industrieel bewerkte (extra vierge) oliën en vetten ondersteunen de gezondheid.
  • Eet vooral vers of diepvries, onbewerkte voeding met véél groenten en een matige hoeveelheid fruit.

Voor receptideeën verwijst Dr. Cortvriendt o.a. naar de kookboeken van Pascal Naessens, Kris Verburgh, Tim Noakes en zijn eigen recepten uit het boek ‘Hoe word je 100? Het kookboek’.

Ook het kookboek van Hanno Pijl en Karine Hoenderdos: ‘Diabetes type 2? Maak jezelf beter. Het kookboek’ en de koolhydraatarme recepten van Harriët Verkoelen en Oanhskitchen vind ik aanraders en passen binnen deze filosofie.

P.S. De lijst in bijlage II (Voedingsmiddelentabel) van het boek is een mooie basis voor het toepassen van de aanbevelingen in je eigen leven.

FODMAP dieet

FODMAP-dieet introductie

Het FODMAP-dieet wordt aangeraden bij mensen met ernstige buik/darmklachten, uit onderzoek blijkt immers dat 80% van de IBS-patiënten duidelijke verbetering waarnemen van hun klachten met het volgen van het laag FODMAP-dieet.

Er kan van IBS (irritable bowel syndrome) of prikkelbare darmsyndroom (PDS) of spastische darmen worden gesproken als je voldoet aan volgende voorwaarden (ROME IV criteria, 2016):

  1. Buikpijn min.1 dag/week over de laatste 3 maand (én o.a. opgeblazen gevoel, krampen, darmrommelingen, vermoeid)
  2. Symptomen zijn min. 6 maanden bezig op moment diagnose en meer uitgesproken de laatste 3 maanden.
  3. 2 andere symptomen:
    • verbetering na defaecatie
    • verandering van de stoelgang in frequentie
    • verandering van de stoelgang in vorm

IBS komt voor bij 15 tot 20% van de bevolking; slechts 1/3de van deze mensen zoekt medische hulp.

FODMAP’s worden slecht of niet opgenomen in de dunne darm en komen zo onverteerd in de dikke darm terecht.  FODMAP’s trekken vocht aan wat de darmen doet uitzetten en aanleiding kan geven tot diarree. Bovendien fungeren deze onverteerde koolhydraten in de dikke darm als voedselbron voor de darmbacteriën waardoor ze gaan gisten. Dat levert gasproductie en symptomen als winderigheid en opgeblazen gevoel.

Het laag FODMAPdieet wordt dan ook beschouwd als één van de belangrijkste doorbraken in de behandeling van IBS (dr. J Arts van AZ Sint-Lucas Brugge en prof. Dr. J. Tack van het UZ Leuven liggen hier mee aan de basis).

Het FODMAP-arm dieet bestaat uit 3 fasen:

  1. Eliminatiefase: De bedoeling is om 4 à 6 weken strikt het laag-FODMAP-dieet te volgen -lees nauwkeurig de ingrediëntenlijsten op etiketten- om de darmen tot rust te laten komen (verbetering begint meestal na 2 weken)

TE MIJDEN: Eet die producten best niet

TOEGELATEN: Laag in FODMAP’s, die producten mogen in normale hoeveelheden gegeten worden

BEPERKEN: Max. 1 portie gebruiken per maaltijd of als tussendoortje (met een maximum van 3 porties per dag)

  1. Herintroductiefase: (indien patiënt klachtenvrij is) stap voor stap bepaalde voedingsmiddelen terug gaan herïntroduceren à welke FODMAP’s kan je verdragen, welke hoeveelheid?

Het is belangrijk om na 4 à 6 weken eliminatie, voedingsmiddelen terug te herintroduceren aangezien de voeding anders te eentonig en onevenwichtig wordt. FODMAP’s zijn ook in gezonde voedingsmiddelen aanwezig die noodzakelijk zijn voor een goede darmflora. Op lange termijn (stabilisatiefase) dienen enkel de FODMAP’s die klachten blijven veroorzaken vermeden te worden en de persoonlijke tolerantiegrens te worden gerespecteerd.

Een voedselintolerantie kan doorheen de jaren milder of net ernstiger worden. Daarom is een regelmatige opvolging belangrijk. Indien nodig wordt het voedingsadvies op maat herzien en kan een nieuwe tolerantiegrens bepaald worden.

  1. Stabilisatiefase: Hierbij zijn de FODMAP’s gekend die klachten veroorzaken. Alle voedingsmiddelen die geen klachten gaven bij de herintroductiefase mogen gegeten worden in de stabilisatiefase.  De voedingsmiddelen die wel klachten veroorzaakten in de herintroductiefase zullen moeten vermeden worden.

Naast het FODMAP-dieet zo strikt mogelijk toe te passen is het ook aangewezen een aantal leefstijlfactoren in acht te nemen:

  • Voorkomen dat je lucht inslikt omdat dit ongemakken kan geven zoals krampen, gasvorming of winderigheid, wanneer je:
    – kauwgom kauwt
    – drinkt met een rietje
    – tegelijk eet en drinkt of het eten met drinken wegspoelen
    – tegelijk eet en praat
  • Probeer op vaste tijdstippen te eten en geen maaltijden over te slaan, liever 5 kleinere maaltijden dan 3 grote.
  • Eet traag, in een ontspannen sfeer en kauw grondig (20x/hap)
  • Draag geen te strakke kleding; dit kan symptomen verergeren.
  • Gebruik geen laxeermiddelen of stoppende middelen op eigen initiatief; bespreek dit telkens met je arts.
  • Stop met roken
  • Ga een half uurtje wandelen na de maaltijd (meer lichaamsbeweging helpt, bij voorkeur in open lucht)
  • Zorg voor een correcte toilethouding

ToilethoudingAfbeelding uit: ‘De mooie voedselmachine’, De charme van je darmen, van: Giulia Enders

FODMAP’s zijn van nature aanwezig in de voeding of worden toegevoegd door de industrie. Hieronder vind je een overzicht van de verschillende FODMAP’s.

FODMAP Bronnen Info
Fermentable
Oligoscchariden:

  • Fructanen

 

  • Galacto- oligo- sacchariden (GOS)
 

Tarwe, Gerst, Rogge
Sommige fruit
Sommige groenten
Additieven (fructo-oligosacchariden FOS, inuline,…)
Peulvruchten

 

Fructanen zijn opgebouwd uit fructosemoleculen met glucose-einde

 

GOS zijn opgebouwd uit galactosemoleculen met glucose-einde

Disacchariden:

  • Lactose
 

Melk en melkproducten (yoghurt, platte kaas, pudding)
Zachte kazen

Lactose is opgebouwd uit glucose + galactose
Mensen, die het enzyme lactase ontbreken dienen het te vermijden.
Monosacchariden:

  • Fructose

And

 

Sommige fruit(sap)
Honing en agavesiroop

Glucose helpt bij de absorptie van fructose. Bij een goede verhouding glucose/fructose (min.1/1) verbetert de absorptie
Polyolen

  • Zoetstoffen

Sorbitol, Xylitol, Maltitol…

 

Sommige fruit
Sommige groenten
Suikervrije snoep

 

Suikeralcoholen

Cola life… Gezond?

Gewone, klassieke cola Coca-Cola_Life_0.5_liter.jpg

  • Fosforzuur, ideaal voor het verwijderen van roestplekken, verzacht het tandglazuur zodat er gemakkelijker tandproblemen ontstaan. De sterk zure smaak wordt gecamoufleerd door suiker en/of zoetstoffen.
  • Suiker: klassieke cola 39g /blikje 330 ml (8 klontjes suiker!)
    De Life cola bevat 33% minder suiker, dus slechts 26g suiker/blikje (5 klontjes suiker!)
    Dus ook cola life bevat nog een aanzienlijke hoeveelheid suiker !
  • Cafeïne
  • Kunstmatige karamelkleurstoffen (bij de productie wordt ammoniak en sulfiet gebruikt)

Geraffineerde, witte suiker, vooral in vloeibare vorm, is gelinkt aan:

  • overgewicht door aanmaak van overmatig vetweefsel bevordert ontstekingen (maakt hormonale ontstekingsbevorderende stoffen aan).
  • Draagt bij tot de ontwikkeling van o.a. diabetes type 2.

stevija_cola.jpgFosforzuur vermindert de opname van calcium, waardoor de kans op osteoporose of botontkalking stijgt
Er is echter een gezond alternatief: Stevija cola, bevat enkel steviolglycosiden (de natuurlijke zoetstof uit de
steviaplant), water, natuurlijke glycerine en een natuurlijk cola aroma.
Een paar druppels toevoegen aan bruiswater en je hebt een gezonde cola, zonder fosforzuur, zonder suiker, zonder cafeïne, zonder kleurstoffen of bewaarmiddelen… (bij de betere natuurwinkel verkrijgbaar)

Het Metabolisme dieet

“Slank in 28 dagen… de juiste voeding helpt je om vet te verbranden.

Diëten door veel te eten!” = de belofte van dit dieetboek

Metabolismedieet.jpg

boek van dierenarts Haylie Pomroy

Het metabolisme dieet: Haalbaar dieet?

Eindelijk een dieetboek dat erkent dat:

  • Jezelf uithongeren je energieverbruik vermindert en ervoor zorgt dat je vet vasthoudt zodat afvallen op termijn niet meer lukt en je na je dieet vlug terug aankomt.
  • Je leert hoe je lichaam werkt om je gezondheid te verbeteren.

De manier waarop is wel vrij extreem en vooral gebaseerd op de Amerikaanse en Engelse keuken zodat het moeilijker past binnen onze maatschappij.

http://www.eigen-wijzer.be/

  • In fase 2 en 3 worden groenten bij het ontbijt gegeten = 5 dagen per week groenten bij het ontbijt, een groente-omelet, vis met groenten, kalkoen met groenten,… als ontbijt zijn we hier niet gewoon.
  • In fase 3 kan een europees ontbijt zoals:
    • smoothies met havermout, bessen en noten *
    • havermoutpap met fruit en pitten *
    • muesli met rozijnen en noten *
    • echter… in fase 3 dienen ook groenten gegeten te worden bij het ontbijt, subtiel staat het erbij vermeld via een *
      *Eet dus ook wat komkommer, tomaat, courgette, champignons of spinazie bij je havermoutpap, smoothie of muesli.

En wat na de 28 dagen?

In plaats van een dieet hou ik van een kwaliteitsvoeding- en leefstijl, die lekker en gezond is en gemakkelijk toe te passen is op langere termijn én past binnen onze eetgewoonten.

  • 80 à 90% gezonde basisvoeding (vol voedingsstoffen zodat je gevoed wordt)
  • 10 à 20% een extraatje dat daarbuiten valt

Broodbuik

Voor- of tegen tarwe?broodbuik.jpg

Voor: Brood en gezondheid

Tegen: Post over “Broodbuik”

Wat met de gulden middenweg?! Extreme standpunten zijn zelden ideaal én moeilijk vol te houden.

  1. Ondanks de beweringen van het Nice, wordt er in België veel tarwe gegeten:
  • ’s morgens: brood, pistolets, koffiekoeken,…
  • ’s middags: een broodje op het werk
  • ’s avonds weinig tijd dus een snelle pasta, lasagne, pizza, wat rauwkost of soep met brood.
  • tussendoor: vlug een zakje koekjes of een koek met chocolade of een extra boterhammetje.

Brood, koeken, gebak, taarten, pizza, pasta,… bijna allemaal op basis van tarwe.

Dit wordt niet allemaal opgetekend door het Nice omdat de zoetere en/of vettere varianten zoals koek, gebak, taart, pizza, koffiekoeken,… niet in de groep van de graanproducten worden geplaatst, maar in de restgroep.
Maar we eten ze wél én het is extra tarwe.

2.  Granen dan maar volledig vermijden? Dat is wel een grote ommekeer.
In hoever is dat haalbaar binnen een maatschappij, die grotendeels op tarwe
gebaseerd is?

Spelt is een oud graantype, het bevat zachtere gluten, die beter verteerbaar zijn. Het kan verlichting brengen bij mensen met spijsverterings- en/of darmklachten.

Speltbrood (voorkeur: 100%spelt, dikwijls wordt het nog opgemengd met tarwe) is bij vele bakkers al te verkrijgen. Thuis kan je ook speltbloem (liefst 50/50 witte speltbloem/bruin speltmeel) gebruiken in pannekoeken, brood, gebak,…

Meer weten over spelt: lees meer…